Een warm onthaal

20 februari 2015 - Heiloo, Nederland

Alle twijfels die we hebben gehad over het al of niet naar Malawi afreizen, zijn binnen een dag zo goed als verdwenen. Daar waar wij verblijven is er weinig direct zichtbaar van de recentelijke overstromingen en kunnen wij ons veilig voortbewegen. En dat betekent goed voor nieuws voor de voortgang van het project!

Na een goede vlucht kwamen we rond 11.15 uur aan in Blantyre. We konden als eerste naar buiten en door de douane wat ons waarschijnlijk veel tijd heeft gegeven want de procedures op het vliegveld nemen soms wel wat tijd in beslag. We zagen al snel iemand met onze namen op een A4-tje staan dus we gingen er van uit dat dat onze chauffeur zou zijn. Dit bleek echter degene te zijn die ons in opdracht van onze chauffeur op kwam halen en naar de auto te brengen. In Malawi loop je dan ook gewoon achter iemand aan zonder verdere vragen te stellen en het komt ook altijd wel goed. De chauffeur stond verderop de parkeerplaats vergezeld door 3 mannen die onze koffers ook wel in de auto wilden leggen. En nadat we de naam van Hastings hoorden stapten we met een gerust hart in. We hadden in Blantyre centrum afgesproken en daar reden we naartoe. Ondertussen vertelde Martin, de chauffeur, dat Hastings nog onderweg was vanuit Lilongwe en sms-te Chiku dat hij en John op het vliegveld stonden omdat ze niet zeker wisten of we wel vervoer hadden en dus waren zij 2 uur met de minibus onderweg geweest omdat we misschien hun hulp nodig hadden. Nadat Esther en Richard op de plek van afspraak waren aangekomen zaten we dus ineens met 8 man te kletsen op een terras waarvan er 3 een hele trip hadden gemaakt alleen maar om te helpen of om ons even te zien. Een warmere ontvangst konden we ons niet bedenken en dat voelde erg fijn. Na de lunch reden we, met de gebruikelijke tussenstops omdat iemand nog iets moet regelen, naar Chikwawa. Tijdens de rit konden we niets merken van het leed dat de overstromingen hebben veroorzaakt. Sterker nog, de Shire-vallei lag er mooier bij dan we ooit gezien hadden. Alles was groen, er bloeiden bloemen, de mais stond manshoog, kortom een prachtig gezicht. Pas toen we de heuvels echt achter ons gelaten hadden zagen we water op plekken waar we dat nog niet eerder hadden gezien en vertelden onze reisgenoten ons de verhalen over hetgeen zich hier een paar weken afgespeeld heeft. Daar waar we nu land zagen, stond een paar weken hiervoor ook nog mais. Hele velden zijn weggespoeld en het is nu te laat om nogmaals te planten om nog een goede oogst te krijgen. Geld voor andere gewassen hebben de meeste mensen niet wat betekent dat er over een paar maanden heel veel honger zal zijn. Het kwam erg dichtbij toen we van een medewerker van ons motel hoorden dat ook zijn land weggevaagd is en hij ons met tranen in zijn ogen vertelde dat hij niet weet hoe hij zijn gezin later dit jaar moet gaan voeden. We begrepen van hem ook dat er nu nog wel zoete aardappels geplant kunnen worden om nog iets voedzaams te kunnen oogsten, dus dit verhaal houden we nog even in ons achterhoofd voor de noodhulp die we kunnen verlenen. Het wordt wel lastig om hier keuzes in te maken want we zullen nog veel schrijnende verhalen horen verwachten we. Je kunt niet iedereen helpen, maar ons gevoel wil dit natuurlijk wel.

Vanochtend zijn we gelijk aan de gang gegaan voor ons project en vertrokken we naar ons land waar de boerderij zal komen. Omdat de zon ons ook een heel warm welkom gaf, 46 graden gevoelstemperatuur, besloten we deze keer maar met de fietstaxi te gaan. Ook bij het land werden we welkom geheten, deze keer door 2 geiten die stiekem door een gat in het hek gekropen waren. Na het checken van het land en het hek dat we daar al eerder geplaatst hebben, hebben we nog wat in het dorp rondgewandeld om te kijken of er ergens ca. 3.000 bakstenen te koop waren. Na wat mislukte onderhandelingen zijn we teruggelopen naar ons motel om de eerste vergadering te houden. Chiku en John bleken al heel veel voorwerk gedaan te hebben en konden op bijna alle vragen heel goed antwoord geven. We waren echt onder de indruk van de stappen die ze al gezet hebben en dat gaf ons echt een heel goed gevoel voor de duurzaamheid van het project. Na de vergadering besloten we op te splitsen. John, die ook onze aannemer is, ging verder op zoek naar bakstenen en wij gingen samen met Chiku naar Nchalo om te pinnen en te kijken of we daar 50 meter hekwerk voor het omheinen van het geitenverblijf konden kopen. Om geld te kunnen halen moeten we vanaf Chikwawa 26 km. in de minibus rijden om bij een bank te komen die een mastercard accepteert. Dat klinkt als veel moeite maar dat is in Malawi geenszins het geval. Je weet dat alles hier veel moeizamer gaat en langer duurt dan bij ons en dat geeft ook niet. Wij vinden zo’n ritje altijd een belevenis op zich en er gebeurt ook altijd wel iets waar je later nog over praat. Deze keer lagen er opeens 2 geiten met hun poten vastgebonden omhoog in de open kofferbak. Dus de gehele rit hoorden we af en toe geblaat en geen mens die daar gek van opkeek. En wij daarom dus ook niet.

 In Nchalo zijn Chiku en wij ook gesplitst op pad gegaan. Dit omdat de prijs voor een hek flink hoger uitvalt als er twee blanken komen onderhandelen dan wanneer een Malawiaan dit doet. Chiku had geluk en hij kon twee rollen hekwerk kopen voor een schappelijke prijs. Wij zijn daarna nog met de verkoper meegelopen naar zijn huis om de rollen te bekijken en daarna was de koop gesloten. Tijdens de wandeling zagen we veel huizen met afgebrokkeld pleisterwerk van een halve meter hoog. Ons vermoeden bleek helaas juist, dit is gekomen door de overstromingen. Op de plek waar wij nu gaas voor een hek wilden kopen, moesten de mensen, waaronder ook heel veel kinderen, een maand geleden ’s nachts nog uit hun huizen vluchten omdat het dorp overstroomde. Door dit verhaal gingen we nog beter om ons heen kijken en overal waar we keken zagen we de gevolgen van de overstromingen terug, geen huis was onbeschadigd. Later zagen we dat er ook nog steeds een tentenkamp aan de andere kant van de weg staat waar mensen die hun huis helemaal kwijt zijn opgevangen worden. Het water heeft echt heel veel schade aangericht en dit wordt zichtbaarder voor ons naarmate we zuidelijker reizen en we er zelf ook naar vragen.

Om het hek naar Chikwawa te krijgen moest er wederom wat geregeld worden.  Eerst moesten er twee fietstaxi’s ingeschakeld worden om het gaas naar de kant van de weg te brengen. Daarna moest Chiku onderhandelen met een chauffeur van een pick-up-truck om ons en het gaas te vervoeren. Dit lukte allemaal gelukkig heel snel en het gaas ligt nu keurig voor onze kamer te wachten totdat we het kunnen gebruiken. Hoe we het bij de boerderij gaan krijgen zien we dan wel weer. Ongeveer een uur nadat wij thuis waren gekomen was ook John weer terug. Hij vertelde dat hij ongeveer 10 kilometer heeft gelopen maar dat hij wel 3.000 bakstenen heeft gevonden en gekocht. Dat was heel goed nieuws want dat betekent dat we maandag meteen kunnen beginnen met bouwen. Het enige dat nu nog geregeld moet worden is dat de stenen ook daadwerkelijk op de plaats van bestemming komen. Maar zoals met alles hier, is daar een lokaal mannetje voor die de stenen voor ons vervoert. Hij legt ze dan langs de kant van de weg en een paar mannen sjouwen deze stenen dan naar de boerderij. Al met al dus een hele vruchtbare dag waarin we veel hebben kunnen doen voor het project. Tegelijkertijd ook een dag waarin de gevolgen van de overstromingen weer iets zichtbaarder zijn geworden voor ons en een dag met verhalen die we nooit meer vergeten.

Morgen hebben we om 8.30 uur de eerste community meeting met de chief en de village headmen van een paar dorpen waar een aantal weeskinderen die wij willen ondersteunen met ons project wonen. We hebben deze meetings vandaag alvast voorbereid en het belooft weer een hele mooie en bijzondere dag te worden.

Tiwonana,

Natasja en Dirk

Foto’s